Verjaard

In de tweede helft van de jaren zestig van de vorige eeuw was ik een opstandige, rebelse puber. Ik spijbelde van school, haalde samen met een klein groepje vrienden allerlei kattenkwaad uit en had regelmatig contact met het lokale gezag.

In die tijd had Heemstede nog een heuse bioscoop, Minerva genaamd. Tegen de zijgevel in een smal steegje was een brandtrap aangebracht. De onderste tree een meter of twee van de grond af om te voorkomen dat men het gebouw inklom in plaats van eruit. Op een dag was ik weer eens samen met een vriend bezig met het beklimmen van de brandtrap om via het balkon gratis in de filmzaal terecht te komen. Tijdens deze klimpartij werden wij hinderlijk gestoord door één van Heemstedes gezagsdragers. Wij moesten direct naar beneden komen en kwamen er met een standje vanaf.

Een ander contact met de politie was op een nieuwjaarsdag. Het zal 1968 of 1969 geweest zijn toen op oudejaarsavond de grote kerstboom voor het Raadhuis met versiering en al naar beneden was gehaald. Hoewel ik er zelf niets mee van doen had werd ik toch de volgende ochtend, nieuwjaarsdag dus, opgehaald door de politie. Op het bureau werd ik verhoord door de dienstdoende politieman. Ik wist wie er wel bij het neerhalen van de kerstboom betrokken waren geweest maar op het bureau wist ik natuurlijk van niets. Uiteindelijk mocht ik na een paar uur weer naar huis. Nooit meer iets van gehoord dus ook dit liep met een sisser af.

Ander kattenkwaad wat wij wel uithaalden was in mijn ogen net zo onschuldig. Zeker als je het vergelijkt met wat de jeugd nu soms uithaalt (ik word oud). Wij gingen appeltjes jatten in de boomgaard bij het klooster in het Groenendaalse bos. Wij maakten de brevierbiddende nonnen aan het schrikken door appels met grote snelheid langs hen te rollen. Soms gaf dat een alleraardigst (schrik-)effect.

Verder hingen wij vooral veel rond bij de plaatselijke snackbar of beter gezegd automatiek van Tummers. Dit tot grote ergernis van de omwonenden. Volgens mij moest de term “hangjeugd” nog worden uitgevonden maar zo zou ons groepje zeker genoemd kunnen worden. De plaatselijke politie verzocht ons regelmatig ergens anders heen te gaan, ons ergens anders te gaan vervelen.

In de zomermaanden deden we hetzelfde maar dan vooral in het zwembad. Er zijn heel wat dagen voorbij gegaan dat ik niet in het water gelegen heb maar vooral bezig was met het indruk maken op meisjes.

Er is nog wel het één en ander te vertellen over mijn gedrag in die jaren. Veelal zal dat in de kern hetzelfde zijn. Gelukkig zijn deze jeugdzondes allang verjaard. Anders zou ik in 1972 misschien niet bij de politie zijn aangenomen. Stond ik ineens aan de andere kant. Ook erg leuk en hoewel de Amsterdammers zeker brutaler waren/zijn dan ik in mijn puberjaren, heb ik me vaak in die hen kunnen verplaatsen.








Reacties

Populaire posts van deze blog

Als ik aan mijn moeder denk

Kamperen

Niets geleerd